Dat je in die laatste levensfase met iemand mag optrekken, is een groot voorrecht

Na ruim 7 jaar kindergeneeskunde, eerst als basisarts en later in opleiding, was ik bijna klaar met de opleiding tot kinderarts. En toen hakte ik  een knoop door: ik stop ermee. Want ik miste iets. Meer autonomie, het contact met de mens achter de patiënt. Ik wilde een nóg generalistischer beroep.

"Het mooie is tegelijkertijd zo verdrietig. En ondanks alles ben je op dat moment natuurlijk ook de arts die objectief moet kijken en beslissingen moet nemen"

Nadien Gal, aios
pim van der maden, portret, l2025, zwolle, huisartsopleiding, nadien gal

Kindergeneeskunde is ook een prachtig vak, maar voor mij voelde het als een keurslijf waar ik niet in pas. ‘Zou je dat wel doen, stoppen? Je bent bijna klaar!’ zeiden de mensen in mijn omgeving. En dat heb ik mezelf natuurlijk ook afgevraagd. Maar ik had al veel eerder, tijdens een coschap, ontdekt hoe fantastisch het is om huisarts te zijn. Visites rijden, spreekuur houden. Elk kwartier een nieuwe patiënt. Met een klein probleem, een groot probleem, een ingewikkeld probleem, tussendoor nog allemaal vragen en dilemma’s – álles komt voorbij. En dat je dan gaat ontdekken wie deze mens is en wat de vraag achter de vraag is. Ik vond het zó mooi! En superuitdagend. Ik dacht: als ik nu niet switch naar de huisartsopleiding, komt het er waarschijnlijk nooit meer van. Dus heb ik gesolliciteerd bij de huisartsopleiding. Absoluut voor mij de juiste keuze!

Met bed en al naar buiten

Een van de patiënten die me is bijgebleven is een man van begin 70. Hij was ernstig ziek en had nog maar kort te leven, en mijn opleider en ik waren betrokken bij de palliatieve fase waarin we vaak langsgingen. Ook deze stralende lentedag. We kwamen aan bij het huis, in het buitengebied van Dronten, met prachtig uitzicht over de velden. Alle bloemen stonden in bloei. De zon stond hoog aan een strakblauwe hemel. De man was met bed en al naar buiten gereden, en daar lag hij, met de ogen dicht en de zon op zijn gezicht. Ik zag dat hij ervan genoot. Het was zo intiem en tegelijk ook zo’n mooi gezicht. Ik voelde een soort nederigheid, dat je ineens ervaart wat een groot geschenk het leven is. En dat het uiteindelijk, als het er echt op aan komt, gaat om die korte, kleine geluksmomenten, ook aan het eind van je leven. Dan besef je: dít is waar het over gaat. Liefde, warmte en de zon op je gezicht.

‘We waren er stil van’

Het mooie is tegelijkertijd zo verdrietig. Ook om het verdriet bij zijn familie te zien, ze wilden en konden hem nog niet missen. Maar die keuze hadden ze niet. En ondanks alles ben je op dat moment natuurlijk ook de arts die objectief moet kijken en beslissingen moet nemen. Dit voorval speelde vlak voordat mijn zelfstandige periode zou beginnen, dus in overleg met mijn opleider nam ik het voortouw. Wat is er nu nodig, welke medicatie?
Terug in de auto, op weg naar de praktijk, drong alles pas echt tot me door. Mijn opleider en ik waren er allebei stil van. En daar was het moment van bevestiging: dit is waarom ik huisarts wil worden.

Nadien Gal, aios